Het ministerie heeft een procesbeschrijving gemaakt.
Wijziging Wet wegvervoer goederen naar Tweede Kamer
In 2020 heeft het Europese parlement het mobiliteitspakket aangenomen. De nieuwe regels moeten geïmplementeerd worden in de Nederlandse wet- en regelgeving. Het wetsvoorstel tot wijziging van de Wet wegvervoer goederen en twee andere wetten is op 29 juni 2022 door de minster van Infrastructuur en Milieu ter behandeling aangeboden aan de Tweede Kamer.
Een wetsvoorstel gaat altijd eerst naar een commissie uit de Tweede Kamer. In dit geval de vaste commissie voor Infrastructuur en Waterstaat. De fracties in de Tweede Kamer geven schriftelijk commentaar op het wetsvoorstel. De commissie bespreekt het wetsvoorstel op 8 september 2022.
Wetsvoorstel
Wijziging van de Wet wegvervoer goederen, de Wet personenvervoer 2000 en de Wet op de economische delicten ter uitvoering van Verordening (EU) 2020/1055 (PbEU 2020, L 249)
Dit wetsvoorstel strekt tot uitvoering van Verordening (EU) 2020/1055 van het Europees Parlement en de Raad van 15 juli 2020. Deze verordening maakt deel uit van het Eerste EU-mobiliteitspakket. De belangrijkste wijzigingen van deze Verordening betreft o.m. de ondergrens van de vergunningplicht voor de communautaire vergunning, die voor goederenvervoer wordt verlaagd van 3,5 ton toelaatbare maximummassa naar 2,5 ton toelaatbare maximummassa. Daarbij staat het lidstaten vrij een strengere ondergrens voor de vergunningplicht te hanteren. Er is een heel kleine categorie voertuigen die een toelaatbare maximummassa heeft van meer dan 2,5 ton, maar een laadvermogen van 500 kg of minder. Deze voertuigen vallen als gevolg van de huidige wetgeving in Nederland onbedoeld buiten de vergunningsgrens voor een communautaire vergunning. Dit wetsvoorstel komt hieraan tegemoet.
Verder worden in de verordening extra voorwaarden gesteld aan cabotage in het goederenvervoer, doordat vervoerders na afloop van de toegestane drie cabotageritten in zeven dagen voor een periode van vier dagen geen cabotagevervoer meer mogen verrichten in dezelfde lidstaat. Tenslotte bepaalt de verordening dat het voertuig, dat gebruikt is voor het internationaal transport, eens in de acht weken verplicht dient terug te keren naar één van de exploitatievestigingen van de onderneming in de EU-lidstaat van vestiging.
Bron: https://www.tweedekamer.nl/kamerstukken/wetsvoorstellen/detail?id=2022Z13681&dossier=36155
Gerelateerde artikelen
Welke stappen zijn nodig voordat een vluchteling uit Oekraïne als beroepschauffeur aan het werk kan?
Alle houders van een vergunning voor beroepsvervoer over de weg ontvangen twee keer per jaar een heffingsfactuur van de NIWO. In juli 2023 is de factuur verzonden.
De NIWO heeft een vacature:
Onderzoeker/Analist transportondernemingen in team Onderzoek